Black Hawk War Verenigde Staten geschiedenis
Black Hawk War Verenigde Staten geschiedenis

Buitenlands Beleid VS, deel 2: 1947-2018 (Mei 2024)

Buitenlands Beleid VS, deel 2: 1947-2018 (Mei 2024)
Anonim

Black Hawk War, korte maar bloedige oorlog van april tot augustus 1832 tussen de Verenigde Staten en indianen onder leiding van Black Hawk (Ma-ka-tai-me-she-kia-kiak), een 65-jarige Sauk-krijger die begin april leidde ongeveer 1.000 Sauk-, Fox- en Kickapoo-mannen, vrouwen en kinderen, waaronder ongeveer 500 krijgers, over de Mississippi-rivier om land in Illinois te herwinnen dat de woordvoerders van de stammen zich in 1804 aan de VS hadden overgegeven. De oversteek van de band naar Illinois veroorzaakte angst en woede onder blanke kolonisten, en uiteindelijk mobiliseerde een strijdmacht van ongeveer 7.000 tegen hen - waaronder leden van het Amerikaanse leger, staatsmilities en krijgers van verschillende andere Indiase volkeren. Ongeveer 450-600 indianen en 70 soldaten en kolonisten kwamen tijdens de oorlog om het leven. Tegen 1837 waren alle omliggende stammen naar het westen gevlucht, waardoor het grootste deel van het voormalige Northwest Territory aan een blanke nederzetting was overgelaten.Onder degenen die tijdens de oorlog verschillende rollen vervulden, bevonden zich een aantal mannen die een prominente rol zouden spelen in de Amerikaanse geschiedenis, waaronder toekomstige Amerikaanse presidenten Abraham Lincoln en Zachary Taylor, oude militaire leider en presidentskandidaat Winfield Scott, en Jefferson Davis, die president zouden worden van de Verbonden Staten van Amerika.

Achtergrond: het Verdrag van 1804 en de witte nederzetting van het Northwest Territory

In het midden van de Black Hawk War stond een verdrag tussen de volkeren Sauk en Fox en de Verenigde Staten dat in St. Louis in november 1804 was ondertekend, waardoor de Indianen ermee instemden al hun landen ten oosten van de Mississippi en sommige claims ten westen ervan. In ruil daarvoor zouden ze elk jaar contant geld ($ 1.000) en goederen uit de Verenigde Staten ontvangen. Vanuit VS-perspectief was het Verdrag van 1804 (ook bekend als het Verdrag van St. Louis) bindend en legaal. Het was onderhandeld door William Henry Harrison, de gouverneur van Indiana Territory (waaronder Illinois in 1804), en werd in januari 1805 officieel bekrachtigd door de Amerikaanse Senaat. De Sauk en Fox daarentegen,betoogde dat het verdrag niet was onderhandeld en ondertekend door belangrijke opperhoofden, maar door vier mannen die niet waren gemachtigd door de stammenraden van Sauk en Fox om enig land af te staan. Wat de Amerikaanse regering als een geldig verdrag beschouwde, beschouwden de Sauk en Fox als het ongeldige resultaat van ofwel een eerlijk misverstand ofwel een opzettelijke fraude.

When the U.S. insisted on the validity of the treaty, it strained an already tense relationship. Indeed, many Sauk and Fox, who had not been pleased when the Americans replaced the Spanish in Louisiana in early 1804, fought for the British in the War of 1812. Nevertheless, under the terms of the treaty, the Indians could remain on their land as long as it was in the possession of the U.S. government—that is, until private settlers purchased it.

The first three decades of the 19th century were a period of tremendous population growth in Illinois, which became a state in 1818. In 1800 there were so few non-Native American residents in what would become Illinois that federal census takers did not even bother counting them, but the end of the War of 1812 brought a huge influx of settlers. By 1820 the non-Native American population of Illinois had reached 55,000. Ten years later it had nearly tripled, topping 157,000. As American settlers swept north and west across the states of the Northwest Territory, more and more native groups abandoned their villages and farms for new lands west of the Mississippi. By the late 1820s the Sauk and Fox villages in the northwestern corner of the state comprised the last significant area of native settlement in Illinois.

In addition to cheap fertile farmland, settlers were drawn to the region by the presence of lead, which the Sauk and Fox had mined for decades, both for their own purposes and to trade. On the eve of the War of 1812, American miners had tried to take over the Fox peoples’ lead mines west of the river (near what is now Dubuque, Iowa) but were driven off by the Fox. After the war the federal government issued leases to lead miners for lands claimed by the Sauk and Fox. The Indians protested strongly, but the U.S. government supported the miners. Despite the ongoing tension between the American and Native American miners that occasionally erupted into violence during the 1820s, Americans flocked to the region.

This new, mostly white population viewed the Native American population with great concern. Some, including Presidents George Washington and Thomas Jefferson, believed that Native Americans would adopt the culture of white Americans (in their thinking, become “civilized”) and merge into white society, but, like the majority of western settlers, most Illinoisans rejected this belief and saw Indians as not only permanently inferior but dangerous. Settlers of isolated farms and villages worried about Native American raids, and their fears were not entirely unjustified. It had not been long since Illinois tribes had attacked frontier settlements and federal forts during the War of 1812. Moreover, personal violence between natives and whites (as well as among natives and among whites) was common at the time.