Francis Hutcheson Scotch-Ierse filosoof
Francis Hutcheson Scotch-Ierse filosoof
Anonim

Francis Hutcheson, (geboren op 8 augustus 1694, Drumalig, County Down, Ire. - overleden in 1746, Glasgow), Schots-Ierse filosoof en belangrijke vertolker van de theorie van het bestaan ​​van een moreel besef waardoor de mens juiste actie kan bereiken.

ethiek: het hoogtepunt van de theorie van de morele betekenis: Hutcheson en Hume

De school voor morele zintuigen bereikte haar volle ontwikkeling in het werk van twee Schotse filosofen, Francis Hutcheson (1694–1746)

De zoon van een presbyteriaanse predikant, Hutcheson studeerde filosofie, klassiekers en theologie aan de Universiteit van Glasgow (1710–17) en richtte vervolgens in 1719 een privéacademie op in Dublin. In 1729 keerde hij terug naar Glasgow als hoogleraar moraalfilosofie, een functie hij hield tot zijn dood.

Hutcheson kreeg in 1719 een vergunning als predikant door de Ierse presbyterianen in Ulster, maar in 1738 daagde de pastorie van Glasgow zijn overtuiging uit dat mensen kennis van goed en kwaad kunnen hebben zonder en voorafgaand aan kennis van God. Zijn status als populaire prediker was echter onverminderd en de gevierde Schotse filosoof David Hume vroeg zijn mening over de ruwe opzet van de sectie 'Of Human Morals' in Hume's Treatise of Human Nature.

De ethische theorie van Hutcheson werd uiteengezet in zijn onderzoek naar het origineel van onze ideeën over schoonheid en deugd (1725), in een essay over de aard en het gedrag van hartstochten en genegenheden, met illustraties over het morele gevoel (1728) en in het postume Systeem van morele filosofie, 2 vol. (1755). Volgens hem heeft de mens, naast zijn vijf uiterlijke zintuigen, een verscheidenheid aan interne zintuigen, waaronder een gevoel van schoonheid, moraliteit, eer en belachelijkheid. Hiervan beschouwde Hutcheson het morele gevoel als het belangrijkste. Hij geloofde dat het in de mens is geïmplanteerd en instinctief en onmiddellijk uitspreekt over het karakter van acties en genegenheden, diegenen die deugdzaam zijn, goedkeurend en diegenen die vicieus zijn. Het morele criterium van Hutcheson was of een handeling al dan niet de neiging heeft het algemeen welzijn van de mensheid te bevorderen. Hij anticipeerde dus op het utilitarisme van de Engelse denker Jeremy Bentham, zelfs op zijn gebruik van de uitdrukking "het grootste geluk voor het grootste aantal". Hutcheson was ook invloedrijk als logicus en theoreticus van de menselijke kennis.